Als een pleegkind eindeloos treuzelt voor het slapen gaan… en waarom dat vaak niet is wat het lijkt
Als een pleegkind eindeloos treuzelt voor het slapen gaan… en waarom dat vaak niet is wat het lijkt. Gisteren bij ons thuis. Het was zo’n avond waarin alles ogenschijnlijk normaal verloopt… totdat het moment komt dat de overgang van spelen naar slapen zich aandient. En dan begint het.
Treuzelen. Tijd rekken. Pyjama die niet goed zit. Tanden poetsen die ineens een eeuwigheid duurt.
Nog een knuffel. Nog een vraag. Nog even naar beneden lopen. Het boekje lezen eindigt zelden leuk. Voor ons pleegouders is dit één van de meest herkenbare momenten van de dag. Het lijkt erop alsof ons pleegkind niet wil slapen, maar vaak speelt er iets anders: de overgang van samen naar alleen is voor pleegkinderen een emotionele drempel.
En in dit blog neem ik je mee in wat er onder ligt, hoe je het kunt herkennen, en hoe je hiermee omgaat zonder strijd, maar mét verbinding en duidelijkheid.
Treuzelen bij het slapen is bij ons pleegkind zelden “gewoon treuzelen”
We begonnen onze vaste routine: douchen, pyjama, tanden poetsen, lezen. Rustig, duidelijk, voorspelbaar. Precies zoals veel pleegkinderen nodig hebben. Maar bij de afronding, net op het moment dat het licht uit moet, merk je iets anders:
- een vertraagd tempo
- opzettelijk zoeken naar afleiding
- vergeten’ wat ze net deden
- een klein verzetje
- of juist wegvallen, stil worden
In gewone gezinnen is dit al een veelvoorkomend patroon. Bij pleegkinderen is het nóg complexer. Want slapen betekent voor hen misschien wel:
- loslaten
- stilvallen
- alleen zijn
- of de controle afgeven aan iemand anders
Dat zijn precies de gebieden waar ons pleegkind kwetsbaar zijn, niet door een gebrek aan wil, maar door ervaringen die hun systeem ooit hebben gevormd. Voor het niet alleen willen zijn is voor die van ons een trigger.
Grenzen zijn nodig, maar afstand is soms precies wat pijn doet
Mijn partner gaf die avond rustig aan na eindeloos treuzelen voor het slapen van ons pleegkind: “Het is te laat om nog te lezen.” Normale grens. Terecht. Nodig. Duidelijkheid brengt rust. Wel wat ongeduldig en misschien ook wat moe. Ik zat in de kamer er naast nog wat te werken. Maar ik zag direct dat er iets gebeurde. Niet dramatisch. Niet boos. Meer een kleine ineenstorting. Misschien dacht hij: Nu moet ik het alleen doen. Voor pleegkinderen kan afstand, zelfs in kleine momenten, voelen alsof er iets wegvalt. Niet omdat ze je manipuleren. Maar omdat hun lichaam nog steeds reageert vanuit vroegere ervaringen:
– avonden waarop niemand kwam
– nachten waarin ze zelf moesten reguleren
– onzekerheid over wie er bleef
– abrupt afscheid
– onvoorspelbare routines
Een grens raakt dan precies dat oude laagje. Juist als ons pleegkind wil gaan slapen.
Wanneer je even gaat zitten en de echte reden komt boven
Ik ging als tweede ouder naar boven om aan de bal te gaan en te kijken wat er nu achter het treuzelen van ons pleegkind zit. Soms werkt die wissel goed in ons gezin, omdat ieder van ons een andere vorm van veiligheid biedt. Hij zat op bed, zichtbaar moe, maar met een houding die zei: Ik houd mezelf overeind. En toen hij eindelijk de woorden vond, waren ze klein maar eerlijk: “Ik mis jullie zo.”
Wij zitten dan beneden… even voor de duidelijkheid. Voor ons pleegkind is dit niet zomaar een zin.
Het zit diep:
– missen van hun geboorteouders
– gemis van broers of zussen
– een oud gevoel van verlatenheid
– of gewoon: het verlangen naar nabijheid van de mensen die nú hun basis zijn
Ik vroeg voorzichtig of het te maken had met zijn biologische moeder. Hij schudde direct zijn hoofd.
“Nee… JULLIE zijn mijn mama en papa. Jullie zijn mijn alles.”
Deze zin is groot voor ons. Zo belangrijk zijn we op dit moment.
Niet omdat hij ons boven iedereen plaatst, maar omdat het laat zien waar hij landt op moeilijke momenten.
En precies dáár laat de binnenwereld zich zien.
De ontlading: verdriet dat eindelijk mag stromen
Ik ging naast hem zitten, hand op zijn rug, lage ademhaling. Niks forceren.
Niks oplossen. Gewoon aanwezig zijn. En zoals bij veel pleegkinderen kwam het verdriet pas toen de spanning zakte. Terug in zijn lijf. Terug in zijn gevoel. Het verdriet maakte plaats voor opluchting.
Ik zei: “Volgens mij ben je eigenlijk verdrietig. En dat mag je gewoon zeggen. Dan hoeven we er geen ruzie van te maken. Dan kan ik gewoon bij je zijn.”
Voor pleegkinderen is dit cruciaal: niet corrigeren op gedrag, maar erkennen op gevoel. Deze momenten zijn voor ons vaak de sleutel tot regulatie en hechting.
Waarom het grote bed geen achteruitgang is, maar een tijdelijke veilige tussenstap
Hij vroeg of hij in ons grote bed mocht slapen. Ik weet dat pleegouders dan vaak twijfelen:
- “Geef ik te veel toe?”
- “Wordt dit een gewoonte?”
- “Ben ik dan te soft?”
Maar slapen in een groot bed is bij pleegkinderen vaak precies de juiste tussenstap. Niet als definitieve oplossing, maar als tijdelijke hechtingsanker.
Het grote bed:
- ruikt naar ons
- voelt bekend
- geeft nabijheid zonder dat we er letterlijk liggen
- helpt het lijf te kalmeren
En alleen een gekalmeerd lijf kan veilig slapen.
Voor pleegkinderen met hun voorgeschiedenis, loyaliteitsconflicten en diepe behoefte aan aanwezigheid is dit geen verwennen, maar ondersteunen. Ook wij met al onze ervaringen twijfelen dan
Wat deze avond ons opnieuw liet zien
Pleegkinderen ontwikkelen zich niet in rechte lijnen. Ze ontwikkelen zich in lagen.
Elke nieuwe laag veiligheid maakt een oude laag voelbaar.
En juist bij het slapen komen die lagen naar boven, omdat slapen een moment van overgave is.
Wat eruitziet als gedrag: treuzelen, tijd rekken, verzet, is vaak geen ongehoorzaamheid, maar een vorm van:
- angst
- gemis
- oude herinneringen
- spanning dat niemand terugkomt
- het lijf dat nog niet durft los te laten
Ten eerste het is geen terugval.
Dit is hechting die dieper wordt.
Praktische handvatten voor pleegouders bij probleemgedrag rondom slapen
Deze inzichten werken in ieder geval bij ons. Misschien werken ze bij jou ook.
1. Kijk altijd voorbij het gedrag
Treuzelen = vaak nabijheid zoeken in vermomming.
Het kind zegt eigenlijk: Laat me niet alleen met dit gevoel.
2. Grenzen blijven staan, maar nabijheid wordt toegevoegd
Bij ons pleegkind werkt “of/of” zelden.
Het is bijna altijd “én/én”.
- structuur én nabijheid
- duidelijkheid én zachtheid
- grens én aanwezigheid
3. Benoem het gevoel dat je ziet
“Volgens mij vind je alleen zijn moeilijk.” “Je lijf is nog onrustig.” “Je hebt ons even nodig.”
Benoemen = ontladen.
4. Laat emoties komen vóór je verder gaat
Ons pleegkind kan vaak soms pas slapen nadat het:
- gehuild hebben in ieder geval het gevoel is er uit
- even op schoot hebben gezeten
- een knuffel hebben gekregen
- hun spanning hebben geuit
Eerst regulatie. Dan slapen.
Ja, dat vraagt veel van ons ouders
5. Gebruik een slaap-anker
Bijvoorbeeld:
- tijdelijk in het grote bed
- een shirt van ons
- een knuffelbeer
- een klein lampje
- een kort “ik kom zo nog even kijken”-ritueel
Dit geeft veiligheid waar hun systeem het nog niet vanzelf kan.
Wat pleegouders moeten weten: dit is geen ‘verkeerd’ gedrag
Veel pleegouders die ik spreek voelen zich onzeker over dit soort avonden. Het heeft geen zin om boos te worden op je kind. Maar dit soort momenten laten juist zien dat je pleegkind je vertrouwt. Een kind dat zich openstelt vlak voor het slapen, laat je toegang geven tot zijn kwetsbaarste laag.
Dat betekent: Het hechtingsproces werkt. Hij kiest jou als veilige basis. Hij laat zien wat er vanbinnen leeft.En dát is precies waar pleegzorg om draait. Zeg maar wat je nodig hebt.
Meer lezen
Gerelateerde artikelen
- Kwetsbaar is niet gewoon kwetsbaar: hoe ons pleegkind door iets kleins in de problemen komt
- Zelfvertrouwen vergroten: hoe help je (pleeg)kinderen met boos gedrag
- Een eigen plek voor kleine beer, de knuffel van ons pleegkind
- Met je pleegkind op vakantie: samen de wereld ontdekken
- Pleegouder zijn: een bijzonder positie ten aanzien van het kind
- Gehechtheid pleegouder: hoe zorg je daarvoor?
- Pleegouderschap: wij doen het samen
- Je (pleeg)kind heeft veiligheid nodig. Hoe pak je dat aan nu er een nieuwe leerkracht komt?

