Lees hier het verhaal Noah. Noag staat op met een baal gevoel. Daarachter zit frustratie en teleurstelling
Noah heeft niet zomaar een dag. Hij heeft een baaldag en is het beu. Hij zit niet lekker in zijn vel, doet boos komt niet tot spelen en heeft er vandaag gewoon geen zin in. Kortom een baalgevoel. Mama heeft aan één blik genoeg, ze weet al hoe laat het is. Ze maakt voorzichtig contact met hem. Het was al genoeg om de wind van voren te krijgen. Inderdaad Noah heeft een baaldag.
Noah baalt. Waarvan? Noah heeft er eigenlijk niet zo over nagedacht. Het balen is er gewoon. Vermoedelijk zijn er, zoals wij volwassenen het zouden kunnen noemen, “lichamelijke sensaties”, die hij niet goed kan plaatsen. Of anders gezegd Noah heeft nog geen woorden om te benoemen wat er is. Gisteren was alles nog fijn en nu is het een baaldag.
In de slaap ruimt het lichaam van alles op. Super handig: zo blijven we geestelijk fit en gezond. Vandaag is er nog een baalgevoel over na het slapen en blijkbaar verdient dit aandacht. Zo’n baaldag bij kinderen is meestal een combinatie van frustratie en teleurstelling. Hoe ontstaat dat dan? Vaak is er een trigger. Een trigger kan je omschrijven als iets dat het baalgevoel oproept. Vaak is het iets kleins, een blik, een tandpastatube die niet meegeeft of een treinbaan die niet vast wil.
Het kan van alles zijn. Het komt er opeens uit, vaak plotseling en heftiger dan de situatie doet verwachten. De reactie van Noah wordt waarschijnlijk versterkt door een eerder weggestopt naar gevoel aan de binnenkant. Door kinderen te helpen gevoelens ruimte en aandacht te geven voorkom je zo’n vulkaanuitbarsting.
Kinderen voelen teleurstelling wanneer niet wordt voldaan aan een bepaalde verwachting. Frustratie voelen kinderen wanneer iets niet lukt. Sommige kinderen hebben hoge verwachtingen van zichzelf en leggen zichzelf druk op. “Zo’n treinbaan die moet ik echt wel kunnen maken”. Als dat dan tegenvalt levert dat frustratie of teleurstelling op. Wij ouders hebben ook verwachtingen en stellen eisen aan kinderen. Onbedoeld geven we kinderen zomaar de boodschap mee: “je kan er niets van”.
Soms heel subtiel: met een blik die je kind leest als “ik ben een prutser” of een opmerking zoals: “dat je kind echt wel tandpasta uit de tube kan krijgen” leg je druk. Zeg nu zelf: kwam er bij jouw wel eens teveel tandpasta uit de tube of helemaal niets? Best een challenge toch? Bij Noah triggert zo’n situatie het gevoel “ik kan er niets van”. Noah kan er nog niet om lachen. Humor relativeert enkel en alleen wanneer kinderen hun gevoel weten te reguleren. Dat is voor Noah nog moeilijk.
Noah was in de kamer met de treinbaan aan het spelen, het aanzetten van de rails lukte niet helemaal goed. De mama van Noah keek naar hem en dat was al te veel. Hij, had het gevoel dat hij ook nog uitgelachen werd. “Ik kan ook niks” riep hij. “Hoe kom je daar nu bij?”, reageert zijn mama. Het kwaad was al geschied. Noah sprong uit zijn vel. Mama kon hem wel achter het behang plakken. Ze verloor haar geduld en reageerde geïrriteerd. Niemand schiet hier iets mee op.
Wat ging hier nu mis? Noah is een gevoelige jongen vertelt mama, zijn bui kan dan zo plotseling ontstaan. Stel je eens voor: Noah baalt van zijn eigen kunnen. Dan komt mama eraan die zegt: “dat kan je wel wel!” Verhoogt mama dan de druk of verlaagt ze de druk? Opmerkingen zoals “kom op dat kan je best” zijn zeker goed bedoeld alleen hier niet helpend. Mama sluit niet aan bij het gevoel van Noah. Een opmerking “wat naar dat je zo je best doet en het niet lukt” sluit in ieder geval beter aan bij het baalgevoel. Ja, “inderdaad het lukt me niet”. Dan is de situatie nog steeds vervelend voor Noah, echter hij voelt zich niet ook nog onbegrepen door mama.
De mama van Noah vertelt “mijn kind is overgevoelig”. Helemaal waar. Op dit moment in deze situatie komt er inderdaad een kleine Noah om de hoek kijken die overgevoelig doet. In andere soortgelijke situaties kan Noah zo’n gevoel soms wel reguleren. Hij is de baas over zijn eigen gevoeligheid. Het is dus belangrijk dat Noah zelf aan de slag gaat en gaat uitzoeken wat hij nodig heeft. We helpen hem niet om de wereld aan te passen aan zijn gevoeligheid. Noah is verantwoordelijk voor zijn gedrag en mama mag steviger in haar ouderrol gaan staan. Door te zeggen “mijn kind is overgevoelig” houdt mama onbedoeld het patroon in stand. Er zal niets veranderen.
Gevoelens zijn moeilijk en natuurlijk zie je als ouder graag een blij huppelend kind. Helaas kunnen we de wereld niet gladstrijken voor onze kinderen. De wereld die is zoals hij er is. In de wereld zijn uitdagingen, krijgen we zo nu en dan nee te horen en lukken dingen soms niet. Gelukkig kunnen we kinderen wel leren hoe met de triggers in de wereld om te gaan. Kinderen kunnen de baas worden over wat ze voelen, denken en doen. Hoe zou het zijn wanneer Noah veerkracht zou ontwikkelen? Heeft Noah een eigenlijk een probleem of een te kort aan vaardigheden?
Een eerste stap die Noah zou kunnen nemen is om zijn baalgevoel beter te leren kennen en herkennen. Hiermee maken we hem verantwoordelijk voor zijn baalgedrag. Wat zou Noah er voor in de plaats willen hebben? Noah baalt zelf ook van zijn baalgevoel. Het weggooien van de treinbaan geeft gedoe. Ruzie met mama is niet fijn. De tube in 1x leeg en een bende is irritant. Welke vaardigheid zou Noah nu kunnen leren?
Ga in gesprek wanneer Noah rustig is. Het heeft namelijk geen zin om in gesprek te gaan met boze kinderen. Wanneer Noah weer helemaal relaxed is kan je in gesprek gaan over wat hier nu mis ging. Geef Noah een aantal minuten om een andere manier te bedenken. Vul niet in voor je kind. Blijf juist in verbinding en laat je kind zo helemaal een eigen manier zoeken. Neem hier een paar minuten voor. Sluit vol vertrouwen af en laat je kind zijn of haar oplossing testen.
Misschien denk je als ouder “dat is een oplossing van niets”. Zet die gedachte uit je hoofd en laat je kind het op zijn eigen manier doen. Gaat het mis (wellicht zoals jij al voorzien had), dat geef niets. Dat hoort bij het leren. Ga opnieuw in gesprek en laat je kind zijn of haar oplossing aanpassen. Soms vinden kinderen het fijn om suggesties te krijgen. Dat is prima enkel wanneer ze daar zelf om vragen. Bij jonge kinderen kan je vragen: “zal ik je mijn oplossing eens vertellen?” Zegt je kind dan “ja”. dan kan je jouw idee bespreken.
Deze manier kan je telkens herhalen totdat de vaardigheid is geleerd en het probleem geen probleem meer is.
Wil jij je verder verdiepen in boos gedrag van kinderen. Dan heb ik nog iets heel waardevols. Ken je het gratis e-book met 25 weetjes om boze kinderen beter te begrijpen al? Vraag het hier aan. Herken je bij je eigen kind boos gedrag en wil je eens doorpraten. Maak gerust een gratis belafspraak.
Maar hoe zou het zijn om samen met je kind aan de slag te gaan met boos gedrag. Je kind leert zijn of haar emoties beter reguleren en jij krijgt handvatten om handig op het gedrag van je kind te reageren. Met het online programma: De kunst van boos zijn leer jij als ouder hoe je op de triggers kan reageren. Je maakt een succesplan. Daarnaast gaat je kind met leuke video’s aan de slag en van alles leren over zijn of haar boze gevoel en ontdekken wat het nodig heeft.
Wil je eerst aan de slag dan is de online training De kunst van boos zijn super waardevol. Ik heb ook een prachtig gratis E-book geschreven met 25 weetjes over boos gedrag. Ontdek het hier:
Schrijf je in op onze mailinglijst om je verder te laten inspireren door jeugd- en kinderpraktijk Rota.Vraag hier het E-book 25 om kinderen met boos gedrag beter te begrijpen aan.
Je hebt je met succes ingeschreven!
Mens Erger Je Niet is meer dan een spel: het is een spiegel van de…
Kinderpsycholoog Sander Kooijman deelt zijn persoonlijke reis naar het werken met de binnenwereld van kinderen.…
Vol gas met onze pleegkind naar de brugklas: uitdagingen, tips en praktische handvatten. In dit…
In dit blog voor de Rading schrijf ik over afscheid nemen in pleegzorg: hoe een…
Kijken door de traumabril: het heeft onze kijk naar ons pleegkind veranderd. In dit blog…
Bekijk reacties
Wat een fijn blog! Een van mijn meiden kan soms ook zomaar uit het niets, uit haar vel springen. Ik merk dan ook dat het voor ons samen makkelijker is om hier met haar over te praten nadat ze eerst rustig is geworden. De ene keer werkt het door haar rustig over haar rug te wrijven en andere keren is het gewoon even nodig om haar ' uit te laten razen'.